Nederlands bedrijf ITEQ scoort met ITEQ Vietnam eerste opdrachten in Azië

‘Maar daarnaast maken we ook langlopende producten en onderdelen voor onze Nederlandse opdrachtgevers. Dit heeft twee voordelen. We kunnen het produceren als er hier tijd voor is en het kan tegen lagere kosten. Dat is goed voor ons maar natuurlijk ook voor de klant.’ Directeur-eigenaar Theo Tolboom tijdens een interview in de productievestiging in Ho Chi Minh (zie foto links). Vijf keer per jaar is Tolboom enkele dagen in Vietnam om de gehele plant door te spreken met de directeur van de Vietnamese vestiging Christiaan Romme.

Risiocovol

Het opzetten van een bedrijf in Vietnam is een hele klus en bovendien een risicovolle onderneming. ‘Het meest lastige is om de bedrijfsvergunning te krijgen. De business licentie kregen we pas na een half jaar. En dan heb je heel veel documenten moeten invullen en stempels hebben verzameld. Daarnaast is het financieren van het pand en de machines niet zomaar even te regelen. In elk geval konden we niet rekenen op een financiering van een Nederlandse bank. Maar aangezien ITEQ Nederland er financieel stevig en gezond voor staat, zijn de geldstromen via dit bedrijf geregeld’, vertelt Tolboom.

Veel voorinformatie

Theo Tolboom startte dit avontuur niet zo maar even op een nazomermiddag. ‘Nee, dan zou het ook niet goedkomen denk ik. We hebben eerst een aantal malen Vietnam bezocht, veel gesproken met lokale bedrijven en een enkel Nederlands bedrijf dat daar al was gevestigd. Tja, en dan moet je afwegingen gaan maken. Welke risico’s neem je, wat zijn de voordelen en wat zijn de doelen die je stelt. We zijn natuurlijk een toeleverancier voor plaatwerkonderdelen. En toeleveranciers zie je niet veel in Vietnam, vrijwel alle bedrijven maken eigen, complete producten.’

Vietnam in plaats van China

Voor Nederlandse bedrijven die nu nog veel in China uitbesteden, wil ITEQ Vietnam ook een rol gaan spelen. ‘Bedrijven weten dan dat ze met een Nederlandse ondernemer te maken krijgen, waardoor de contacten soepeler verlopen en ze krijgen de onderdelen tegen een sterk concurrerende prijs. Bovendien moeten bedrijven in China alles delen. Zoals bijvoorbeeld het intellectueel eigendom, maar ook de informatie over de te produceren onderdelen. Dat alles hoeft in Vietnam dus niet.’

Goedkoper produceren

Een andere reden om in Vietnam te starten, is de goedkopere productie. ‘Vietnam telt 86 miljoen inwoners. Ruim tien procent hiervan, rond de tien miljoen, woont in Ho Chi Minh. Personeel is dan ook niet moeilijk te vinden. Je moet ze alleen wel zelf opleiden en wegwijs maken in de productie. Maar ze pakken het snel op.’ ITEQ Vietnam telt inmiddels twintig medewerkers.

Het machinepark bestaat uit een Trumpf Lasersnijmachine, de 1130/30 (Trumatic), een Safan kantbank, de 165 SMK 2550 (E-brake, 65 ton), een zaagmachine, een wals en de nodige lasapparatuur. De coils voor het plaatwerk worden ingekocht via coilcenters en zijn van goede, Europese kwaliteit. ‘Het verkrijgen van exoten zoals bijvoorbeeld Inconel, is hier wel wat lastiger en je betaalt dan ook net iets meer dan in Nederland. Maar we hebben de inkooptrajecten voor de materialen nu goed op orde.’

Container

Het doorlopend werk bestaat uit onder andere halffabricaten voor railway toepassing waarvan er tussen de vijftien en twintigduizend per jaar moeten worden gemaakt, vloeistoftanks en besturingselementen voor de spoorwegen, 350 stuks per week en tractiekasten voor railway toepassing. ‘Als we dan twintig kisten compleet hebben, betekent dit een container vol en deze wordt dan verscheept naar Nederland.’

Uitdagende klus

Christiaan Romme is directeur voor ITEQ Vietnam. Hij werkte jaren als voorbereider bij ‘moederbedrijf’ ITEQ (voorheen Boltjes) in Nederland en het leek hem een enorme uitdaging om een nieuwe vestiging op te gaan zetten. ‘Ik ben altijd wel in voor ‘iets nieuws’. Na jaren verantwoordelijk te zijn geweest voor de productie in onze vestiging in Nederland, is het opzetten van een nieuwe vestiging in een Aziatisch land een uitermate uitdagende klus. En nu terugkijkend, kunnen we vaststellen dat we het aardig op de rit krijgen. Als je weet dat we zijn begonnen met drie man personeel en een omzet, begroting, die schommelde tussen de 250 en 350 duizend euro, zitten we nu op twintig medewerkers. De omzet moet dit jaar doorgroeien naar 1 tot 1,2 miljoen euro. En dat gaan we halen’, is de overtuiging van Romme.

Het is in Vietnam niet moeilijk om aan personeel te komen. Je moet alleen wel de tijd nemen om ze zelf op te leiden, want technisch onderricht is hier bijna niet. Maar goed dit weet je van te voren dus hou je er rekening mee. Bovendien starten de nieuwe medewerkers met eenvoudige werkzaamheden en de medewerkers die al langer in dienst zijn, leiden ze mee op.

Kansen

In Vietnam zijn nog weinig toeleverende bedrijven. Veel ondernemingen maken een eigen product. Voor de toeleverindustrie liggen hier enorme kansen. Immers, Vietnam is nog in wederopbouw na de oorlog die eindigde in 1975. Pas na de financiële ondersteuning vanaf eind jaren negentig, kon het land met de opbouw gaan beginnen.

www.iteq.vn en www.iteq.nl