Makino toont met Microbewerkingscentrum iQ300 Europese primeur op Euromold

Verborgen achter een wit gordijn, om de spanning extra op te voeren. Makino deed er op de Euromold in Frankfurt alles aan om de aandacht op de iQ300 te vestigen.

Terecht, vindt André Verburg van Produtec bv uit Meerkerk , dat dit Japanse merk in de Benelux vertegenwoordigt. Het microbewerkingscentrum levert namelijk zeer hoge nauwkeurigheden, tot een oppervlakteruwheid van Ra 0,05 µm. ‘Voor de gereedschappen- en matrijzenmakers is dit een zeer geschikte machine. Vandaar de lancering op Euromold’, zegt Verburg in Frankfurt. Het Japanse merk heeft haar wortels in de matrijzenbouw liggen. In die sector is de oprichter van het bedrijf oorspronkelijk in de jaren dertig gestart. Gereedschappen frezen. En toen er geen machines waren die voldoende productiviteit en nauwkeurigheid combineerden, is Makino ze zelf gaan bouwen.

Precisiebewerken

De iQ300 is een precisie microbewerkingscentrum. Naast de goede Ra-waarde, kent de machine een rondloopnauwkeurigheid binnen 0,65 µm, voor een baan met een radius van 0,1 mm en een voedingssnelheid van 100 mm per minuut. Bij voedingen tot 2000 m/min en een gereedschapsbaanradius van 28 mm zijn nog steeds rondloopnauwkeurigheden gemeten van 0,6 µm. Deze waarden zijn volgens André Verburg vooral te danken aan het bijzondere aandrijfconcept. Makino is de eerste producent die erin slaagt om in een seriemachine de magneten van de lineaire motor een kwart slag gedraaid, in een verticale stand, in te bouwen. Hierdoor hebben de motoren geen invloed op de vlakheid van de rollengeleidingen. Daardoor ontstaat een vloeiend voedingsgedrag dat met dat van een blokgeleiding vergeleken kan worden. De machine heeft wel de dynamiek van lineaire motoren, wat juist bij veel korte bewegingen zijn nut bewijst.

Markt in Nederland

Ondanks het hogere prijskaartje dan de standaard V33 van Makino, zien André Verburg en Mark Camps van Produtec volop kansen in de Benelux voor deze machine. Door de hoge nauwkeurigheid kun je gereedschappen voor microproducten, zoals kleine stekkers, gereedschappen voor telecomproducten, medische apparatuur of optische instrumenten, in het bewerkingscentrum in één opspanning frezen, zonder dat er gepolijst hoeft te worden.

‘Belangrijk is vooral dat de laatste µm nauwkeurigheid niet meer afhangt van de frezer aan de machine, maar dat de iQ300 deze uit zichzelf al levert’, aldus Mark Camps, die bij Produtec verantwoordelijk is voor de salesactiviteiten in Zuid-Nederland. ‘Je freest sneller en kwalitatief beter. En je kunt de machine ook inzetten voor minder nauwkeurige delen.’ Met name dat laatste kan zich in een aantal gevallen laten rekenen, menen Camps en Verburg. De machine is dan wellicht duurder voor het gewone freeswerk – alhoewel de productiviteit dat deels goed maakt – maar de investering valt wel lager uit dan in twee bewerkingscentra.