Categories: Actueel

Groei Oost-Europa treft Nederlandse industrie

In de afgelopen jaren heeft Oost-Europa een economische groeispurt doorgemaakt. Tussen 2015 en 2018 groeide de regio jaarlijks met gemiddeld 4 procent. In 2018 groeide de economie in Polen het sterkst, met maar liefst 5,1 procent. Ook voor de komende jaren zien de groeiverwachtingen er positief uit. Als gevolg van de krimpende beroepsbevolking krijgt Oost-Europa bovendien te maken met een steeds groter tekort aan arbeid. Dit gaat gepaard met een snelle stijging van de lonen waardoor steeds vaker zal worden gekozen om in eigen land te blijven.

Alternatieven vinden

Het gaat Oost-Europa dus voor de wind. Nu de werkgelegenheid en het arbeidsloon groeien, daalt de motivatie voor Oost-Europeanen om richting West-Europa te vertrekken. ‘Landen die verder van Oost-Europa liggen, zoals Nederland, ondervinden hiervan de meeste gevolgen. Er werken nu veel Oost-Europese arbeidskrachten – vooral Polen – in Nederland, maar hierin gaat geleidelijk verandering komen. Vooral de agrarische sector, bouw, industrie en de transportsector worden hierdoor getroffen, omdat bedrijven hier nu al worstelen met een groot personeelstekort’, zegt Nora Neuteboom, Econoom Opkomende Markten van ABN AMRO.


In de industrie is sprake van een steeds groter tekort aan arbeidskrachten. In totaal werken er een miljoen mensen in de Nederlandse industrie. Volgens de meest recente CBS-cijfers uit 2017 worden bijna 16.000 vaste banen vervuld door werknemers uit Midden- of Oost-Europa (de MOE-landen), waarvan zo’n 11.500 door Polen. Daarnaast zijn er veel uitzendkrachten uit MOE-landen in de industrie werkzaam.

Vanwege het tekort aan personeel kiezen sommige Nederlandse industriële bedrijven ervoor om bepaalde werkzaamheden, bijvoorbeeld lassen, in Polen te laten uitvoeren. Als de arbeidsmigratie van Oost-Europese arbeiders afneemt, zouden Nederlandse bedrijven mogelijk nog meer werkzaamheden naar Polen kunnen verplaatsen. Dat zou de industrie minder efficiënt kunnen maken, onder meer doordat de communicatie moeizamer verloopt of doordat onderdelen heen en weer moeten worden vervoerd, met transportkosten en vertraging tot gevolg.

Voor de Nederlandse industrie betekent de opmars van Polen op termijn nog meer concurrentie.

‘Er is wel een aantal factoren die de druk kunnen verlichten. Bij een brexit vertrekken veel Oost-Europeanen uit het Verenigd Koninkrijk die zich mogelijk in Nederland vestigen. Ook kunnen ondernemers waar mogelijk extra investeren in digitalisering en robotisering, om het effect van het personeelstekort op lange termijn te verzachten.’

*De regio Oost-Europa bestaat uit Bulgarije, Kroatië, Tsjechië, Hongarije, Polen, Roemenië, Slovenië en Slowakije.

 

De redactie

Recent Posts

Blog Rolf Elling: Zorg voor enige houvast

En dan is het al weer december, de laatste maand van het jaar. Het wordt…

1 jaar ago

Hoogprecisiespecialist ziet vraag aantrekken en investeert in machinepark

Na een rustige periode ziet Hamers Metaalbewerking uit Tilburg de vraag weer aantrekken. Het maakbedrijf…

1 jaar ago

Verhuizing vormt sluitstuk transitie Harry Hersbach Tools

Harry Hersbach Tools, leverancier van gereedschap voor de metaalverwerkende industrie, staat voor een verhuizing van…

1 jaar ago

Wereldwijde staalproductie nagenoeg gelijk

De wereldwijde staalproductie liet in september een stijging zien van 0,6 procent ten opzichte van…

1 jaar ago

Stap voorwaarts voor Hoekman met vierde locatie

Hoekman RVS wil de productieprocessen in lasersnijden, kanten, afwerken, walsen en lassen naar een hoger…

1 jaar ago

Nieuwe assemblagehal voor Wetech

Machinefabriek Wetech op industrieterrein De Horsel in Nuth breidt haar assemblagehal uit. De fabriek is…

1 jaar ago