De door de EC voorgestelde herclassificatie van lood op grond van Europese Classification Labelling & Packaging (CLP) Richtlijn heeft als gevolg dat producten waar meer dan 0,03 procent lood in voorkomt, als gevaarlijk worden geclassificeerd en als schadelijk voor de voortplanting en de ongeboren vrucht.
Lood wordt gebruikt in veel producten, zoals in bescherming tegen röntgenstralen, soldeer in elektronica en dakbedekking. Minder bekend is dat lood ook wordt toegevoegd aan de meeste legeringen. Zo bevatten koper- en bronslegeringen bijvoorbeeld al snel 3 procent lood, waardoor ze het stempel ‘gevaarlijk product’ zouden krijgen. Maar in een legering houden de andere metalen het lood als het ware vast en de kans dat lood vanuit een metaallegering in het milieu komt of wordt opgenomen in het menselijk lichaam is astronomisch klein. Met andere woorden: lood mag een gevaarlijke stof zijn, maar het risico op blootstelling aan lood in een legering is nihil.
Robert van Beek, beleidsadviseur van FME: ‘We weten al lang dat lood niet moet worden gebruikt voor toepassingen met drinkwater. De loden waterleidingen zijn dus ook vervangen in Nederland. Maar de nu voorgestelde herclassificatie betekent dat koperen gasbuizen die meer dan 0,03 procent lood bevatten het etiket ‘gevaarlijk’ en ‘schadelijk voor de gezondheid’ krijgen. Dat is natuurlijk complete onzin. Het risico dat looddeeltjes uit een koperen gasleiding in het menselijk lichaam terechtkomen is te verwaarlozen. Deze CLP-classificatie mag theoretisch correct zijn, toch wordt iedereen nu op het verkeerde been gezet. Onveiligheid van lood in legeringen is een non-issue.’
Frank Buijs, directeur van de Vereniging Nederlandse Metallurgische Industrie (VNMI), vreest naast de schijnveiligheid dat er een onwerkbare situatie ontstaat. ‘De sector is onmogelijk in staat om lood in deze minimale promillages uit de metaallegeringen te bannen. Daar komt bij dat herclassificatie geen extra veiligheid oplevert, alleen extra papierwerk. De CLP-classificatie dwingt fabrikanten tot meer voorlichting om klanten de feitelijke situatie uit te leggen en omzetverlies te voorkomen. En dan maakt het ook nog eens mensen nodeloos ongerust.’
VNMI en FME zijn tevreden dat de ministeries van Volksgezondheid, Welzijn & Sport en Infrastructuur & Milieu zich constructief opstellen in de Europese discussie. FME en VNMI willen dat zowel naar gevaar als naar kans op blootstelling wordt gekeken. Voor legeringen zouden wellicht andere concentratiegrenzen moeten worden vastgesteld. De komende maanden zijn cruciaal, omdat dan zal blijken of er een oplossing mogelijk is. VNMI en FME blijven zich, ook via de Europese zusterorganisaties Eurometaux (non-ferro metaalindustrie) en Orgalime (technologische industrie), inzetten voor een goed resultaat.
En dan is het al weer december, de laatste maand van het jaar. Het wordt…
Na een rustige periode ziet Hamers Metaalbewerking uit Tilburg de vraag weer aantrekken. Het maakbedrijf…
Harry Hersbach Tools, leverancier van gereedschap voor de metaalverwerkende industrie, staat voor een verhuizing van…
De wereldwijde staalproductie liet in september een stijging zien van 0,6 procent ten opzichte van…
Hoekman RVS wil de productieprocessen in lasersnijden, kanten, afwerken, walsen en lassen naar een hoger…
Machinefabriek Wetech op industrieterrein De Horsel in Nuth breidt haar assemblagehal uit. De fabriek is…