Column: Lat voor ‘maak’ wordt steeds hoger gelegd

Met 48 duizend bedrijven, en aan ruim achthonderdduizend mensen werk biedend, is de industrie de op een na grootste werkgever. Van dit arbeidsvolume zijn de meesten werkzaam in de metaal- en elektrotechnische industrie. De grootste werkgevers vallen onder zakelijke diensten.

Kijken we evenwel naar het aandeel in bruto toegevoegde waarde, dan is de industrie verreweg koploper met bijna 80 miljard. Zakelijke diensten zit net boven de 70 miljard euro. Met afstand is de industrie de grootste als we kijken naar de exportgetallen. De industrie zet een slordige 157 miljoen over de landsgrenzen terwijl de nummer twee, de groothandel, blijft steken op ‘slechts’ 37 miljoen.

Om nog maar weer een keer aan te geven hoe groot de waarde is van de Nederlandse maakindustrie. Maar de Rabobank heeft de achillespees blootgelegd. We innoveren met zijn allen veel te weinig. De R&D-uitgaven van Nederlandse bedrijven liggen onder het Europees gemiddelde. De Rabobank stelt dan ook dat dit de concurrentiepositie van Nederland ernstig in gevaar brengt.

Als we met zijn allen niet gaan innoveren, kunnen we het schudden en zal de maakindustrie uiteindelijk van het toneel verdwijnen. Dit is natuurlijk een scenario waar niemand in ons land op zit te wachten. Bovendien is er voldoende tijd om de positie van de Nederlandse maakindustrie up te graden. Daarvoor moet er wel wat gebeuren, op innoverend gebied is samenwerking het toverwoord.

In de visie een uitgebreide toelichting, onderbouwd met kengetallen en cijfers. Maar ook prima tools om innovatie binnen ondernemingen vorm te gaan geven. Ook willen ze de ondernemers de nodige ondersteuning verlenen. En je hoeft niet per se ‘lid’ te zijn van de club. Een fraai staaltje van toegevoegde waarde van een financieringsinstelling. En dat is mooi.

Rolf Elling, hoofdredacteur
Reageren?
E-mail: rolfelling@vraagenaanbod.stijlgenoten.nl.
Via Twitter: VenA_Rolf.